Bij de NFF komt elke aangesloten vereniging in aanmerking om een nationale wedstrijd te mogen organiseren. Dat gaat bij toerbeurt en gespreid over het hele land.
Om een gevarieerd rooster te kunnen maken, zijn alle verenigingen ingedeeld in een groepen-systeem. Er zijn 8 groepen met elk 3 of 4 clubs. Per kalenderjaar komt uit elke groep een club aan de beurt. In vier jaar moeten alle clubs een keer aan de beurt zijn geweest om een nationale wedstrijd te organiseren.
In de loop van een aantal jaren, schuift elke groep ook nog eens op door het jaar heen. Een groep is dus nooit twee keer achter elkaar als eerste aan de beurt of als laatste.
Het resultaat is een wedstrijd-kalender waarop per jaar andere clubs voorkomen en die door de jaren heen gevarieerd is in de volgorde waarop bepaalde landstreken aangedaan worden.